Terug naar overzicht

Bijna juf Nadiah

Nadiah, 22 jaar is eindejaarsstudent aan de Pabo en Lio’er op De Taaltuin.Wij vroegen haar naar haar ervaringen. Nadiah: “Na vier jaar is het einde van mijn studie in zicht en daar kijk ik echt naar uit. Eindelijk echt voor de groep staan, dat is toch wat ik het allerliefste doe.”

Door de redactie


“Na mijn havo-eindexamen had ik geen idee wat ik wilde. Ik ben toen Communicatie gaan studeren, maar die studie was niets voor mij. Toen ik stopte, had ik precies twee weken om een nieuwe opleiding te kiezen. Maar welke? Juf worden, dat leek mij wel wat. Als meisje keek ik altijd op naar mijn eigen juf, maar heel eerlijk gezegd onderschatte ik het beroep een beetje. Ik dacht: dan doe je de Pabo en daarna ben je ‘maar’ juf. Maar toen kwam het moment dat ik écht moest kiezen. Ik dacht bij mijzelf: je weet niet wat je wil of wat goed voor je is, dus ga er gewoon voor. Ik besloot het te doen en dat heeft heel goed uitgepakt! Het grappige is dat toen ik daarna aan mijn omgeving vertelde dat ik de Pabo ging doen, iedereen zei: ‘dat past zo bij jou!’.

Op dit moment zit ik alweer in mijn laatste jaar en loop ik mijn Lio-stage op De Taaltuin. Door Corona werd mijn vorige stage tot twee keer toe afgebroken. Ik ben zo blij dat ik nu echt voor de groep mag staan in plaats van schooltje te spelen op de Pabo. Ik ben niet iemand die graag in de schoolbanken zit; drie dagen werken en twee dagen school, dat is veel fijner.”

Het klikte

Toen ik op De Taaltuin op gesprek mocht komen, kende ik de school eigenlijk helemaal niet. En dat terwijl ik op vijf minuten afstand woon! Ik ben hier in de buurt opgegroeid, maar ik ging zelf naar een basisschool in het centrum. Gek genoeg had ik ook geen vriendjes die hier op school zaten. Ik liep er wel eens langs of ik fietste er voorbij toen ik nog naar mijn middelbare school ging, maar dat was het wel.

Toch voelt De Taaltuin nu helemaal als mijn school. Tijdens de Pabo heb ik bij drie schoolbesturen stagegelopen: Siko, Wijzer en Primo. Daardoor heb ik een goed inkijkje gekregen in hoe het er op verschillende scholen aan toegaat. Ze zijn allemaal anders en ze hebben allemaal hun eigen kwaliteiten. De één is groot en zakelijk qua structuur, de andere veel vrijer met veel ruimte voor eigen input. Dat laatste past het beste bij mij en dat is precies wat ik op De Taaltuin vind.

Door die verschillen tussen scholen kun je een keuze maken voor wat het beste bij je past. Dat geldt voor Pabo-studenten en startende leerkrachten, maar natuurlijk ook voor ouders en kinderen. Is belevend leren niks voor jouw kind, dan is het fijn dat je een andere keuze hebt. Voor mij is dat in ieder geval prettig.

De Taaltuin wordt voor mij gekenmerkt door de veilige sfeer. Dat merkte ik al tijdens het kennismakingsgesprek. Ik had toen nog de keuze tussen mijn oude stageschool, waarvan ik wist waar ik aan toe was, en De Taaltuin die voor mij nog onbekend was. Tijdens het gesprek merkte ik hoe oprecht geïnteresseerd ze op De Taaltuin waren. Ze wilden weten hoe ik de stage voor mij zag. Wat ik voor onderzoek voor ogen had. En met mijn antwoorden werd ook echt iets gedaan. Dat voelde heel goed, hier kon ik mijn ei kwijt. Ik kan het niet goed uitleggen, de uitstraling, het contact met de directie… het voelde veilig en het klikte.”

Mijn uitdaging

“Ik sta nu drie dagen voor groep 3, terwijl ik op de Pabo eigenlijk de profilering voor het oudere kind heb gevolgd. Dat kwam omdat ik in het eerste halfjaar van mijn studie stageliep bij de kleuters en dat paste gewoon niet zo bij mij. Toen ik daarna in een groep 6 startte, ervaarde ik voor het eerst echt hoe je onderwijs geeft, hoe je omgaat met ouders, dat soort dingen… Toch stond de bovenbouw voor mij niet vast. In mijn kennismakingsgesprek op De Taaltuin heb ik aangegeven ook open te staan voor groep 3 of 4. Een goede keuze, want ik vind lesgeven aan groep 3 echt heel leuk. Qua gevoel heb ik blijkbaar meer met de middenbouw. Dit is helemaal mijn plek.

Natuurlijk zijn er ook nog uitdagingen. Ik sta nu drie dagen voor de groep. Mijn duo werkt vijf dagen en houdt zich ook bezig met dingen zoals handelingsplannen en andere administratieve zaken. Nu ik er veel meer ben, maak ik pas mee wat daar allemaal bij komt kijken. Wanneer moet je ouders aanspreken? Wanneer moet je iets noteren? Voor mij wordt dat nog wel een uitdaging om te ontdekken hoe ik dat zelfstandig doe en hoe je dat allemaal aanpakt.

Ik vond de Pabo pittig, ik heb best moeten strijden voor mijn diploma. Niet alle vakken hadden mijn interesse, en daardoor liep ik soms achter de feiten aan. Juist bij de administratieve zaken. Toch heb ik er vertrouwen in dat dat straks, als ik ‘echt’ leerkracht ben, goedkomt. Dan ben je namelijk bezig met wat het beste is voor jouw groep.”

Tips voor stagiairs én hun begeleiders

“De beste tip die ik van een collega heb gekregen? Dat ik gewoon moet doen. Probeer het uit. Volg je gevoel. Lukt het niet, dan lukt het niet. Op De Taaltuin kun je zelf met veel dingen komen. Ik was heel erg gewend om mij vast te houden aan de methoden, maar dat durf ik steeds meer los te laten. Laatst dacht ik bijvoorbeeld: kunnen we niet beter naar buiten? Het antwoord van mijn begeleider was: ‘als jij denkt dat dat op dit moment het beste is, dan moet je dat gewoon doen. Jij weet het beste wat de kinderen nodig hebben.’ 

De beste tip die ik aan begeleiders van Pabo-stagiairs kan geven, is: vraag je vooraf af, wil ik dit wel? Bij een ander schoolbestuur had ik een begeleider die het heel moeilijk vond om de verantwoordelijkheid uit handen te geven. Hij overrompelde mij regelmatig. Dan had ik een les voorbereid en dan deed hij het toch liever zelf. Dat voelde heel onprettig. Denk daarom vooraf na als je een stagiair gaat begeleiden. Straks sta ik minder voor de groep, wil ik dat wel? En weet ik wel genoeg wat het inhoudt. Er komt als begeleider best veel op je bordje: evalueren, bespreken, nakijken, observeren. Heb je de ruimte om daar de tijd voor te nemen?” 

Laat mij maar voor de klas staan

“Aan het einde van dit schooljaar heb ik mijn opleiding afgerond. In september krijg ik mijn diploma. Maar ik blijf hier, ik heb op De Taaltuin al een aanstelling gekregen. Welke klas ik krijg, weet ik nog niet, dat blijft nog even een verrassing. Maar vanaf september ben ik dus meteen juf.

In de afgelopen jaren heb ik mijzelf en het onderwijs goed leren kennen. Komend jaar wil ik mij eerst focussen op mijn eigen groep en klas. Misschien dat ik mij later nog eens verder wil specialiseren, maar nu vind ik het lesgeven gewoon heel leuk. De komende vijf jaar sta ik in ieder geval voor de klas. Wat daarna komt, blijft nog even spannend.”